CFO: geen tussenstap maar volwaardige eindbestemming
28 september 2010 -
Internationaal onderzoek van Ernst & Young toont aan dat tweederde van de 669 ondervraagde CFO's de veronderstelling ontkracht dat de positie van CFO een tussenstap is naar een functie van CEO. Het onderzoek komt juist tot de tegenovergestelde conclusie: de meeste CFO's (73 procent) zien hun baan als een volwaardige en aantrekkelijke carrièrebestemming.
Slechts tien procent ambieert een rol als CEO. Andere thema's die het onderzoek belicht, zijn de veranderende rol van de CFO, zijn toenemende zichtbaarheid voor de buitenwereld en nieuwe competenties die daarvoor nodig zijn.
Duidelijk profiel
Het onderzoek levert een duidelijk profiel op van 'de' CFO. Verreweg de meesten zijn man, hoogopgeleid, ervaren, deskundig, gedreven en zeer ambitieus. De dwarsdoorsnede is 42 jaar en acht maanden, heeft zijn gehele loopbaan bijna uitsluitend in een financiële functie gewerkt en vindt vijf jaar en tien maanden een mooie periode op één plek. De meesten hebben een economische studie afgerond (29 procent), een MBA (27 procent) of zijn registeraccountant (27 procent). Voor de Nederlandse respondenten zijn de percentages respectievelijk 53 procent, 26 procent en elf procent. Bert Steens, partner en hoofd van het CFO-programma bij Ernst & Young: "Ons internationale onderzoek werpt licht op de CFO en toont als het ware 'DNA van de CFO': professionals die dankzij hun financieel-economische expertise en visie gestaag naar de voorgrond van het leiderschap van ondernemingen zijn geschoven. Mensen die zich met overgave storten op een steeds sterker strategisch getinte opdracht en blij zijn met hun carrièrekeuze. Voor de Nederlandse deelnemers aan ons onderzoek geldt dat evenzeer. Maar liefst 58 procent van hen ambieert een zwaardere functie als CFO, bijvoorbeeld bij een grotere organisatie. Geen van hen geeft aan CEO te willen zijn."
Ondernemingsstrategie
De rol van de CFO maakt een sterke ontwikkeling door: het functiepakket verbreedt zich en het strategisch niveau neemt toe. Van alle internationale respondenten vindt 35 procent dat hij actief bijdraagt aan de ontwikkeling en uitwerking van de ondernemingsstrategie. Van de Nederlandse CFO's is dat 42 procent. Steens merkt op: "De rol van de CFO gaat verder dan het verstrekken van financiële informatie. Dankzij zijn financieel-economische inzicht en analytische vaardigheden doorziet en voorspelt de CFO de gevolgen van strategische, operationele en commerciële beslissingen. Daarmee draagt hij in belangrijke mate bij aan de sturing van de prestaties van de onderneming en de beheersing van haar risico's."
Financiële crisis Bijna tweederde van alle ondervraagden meldt dat de CFO tegenwoordig gezichtsbepalend is voor de goed geïnformeerde buitenwereld voor alle financiële onderwerpen. 53 procent van de Nederlandse respondenten is het eens met de stelling dat het versterken van het vertrouwen in de financiële gezondheid van zijn organisatie prioriteit nummer één is voor de CFO sinds de financiële crisis. CFO's zijn zich bewust van de noodzaak om te werken aan betere relaties met externe stakeholders. Gevraagd naar verbeterpunten noemen de respondenten communicatievaardigheden en overtuigingskracht. "Nu er een steeds groter beroep wordt gedaan op CFO's om te investeren in hun relatie met externe stakeholders, beseffen zij hoe belangrijk het is om competenties te ontwikkelen die tot nu toe minder werden vereenzelvigd met de traditionele vaardigheden van de CFO," concludeert Steens.
Operationele rol kan leiden tot conflicten Terwijl CFO's toejuichen dat hun rol zich verbreedt, moeten ze juist in deze tijd hun aandacht evenwichtig verdelen tussen enerzijds het bijdragen aan strategische vraagstukken en anderzijds het toenemende belang van financieel management als gevolg van de economische crisis. De top drie van hun prioriteitenlijst bestaat uit kostenbeheersing, risicomanagement en cashflow. Voor bijna vier op de tien CFO's betekent dit dat ze minder tijd aan strategische onderwerpen kunnen besteden dan ze willen. Bert Steens wijst echter ook op het risico van belangenverstrengeling: "Als een CFO zowel de financiële functie aanstuurt als operationele verantwoordelijkheden heeft, kan hij in een spagaat terechtkomen. Aan de ene kant wordt van hem objectiviteit en onafhankelijkheid geëist bij financieel-economische afwegingen, aan de andere kant heeft hij dan rechtstreeks belang bij operationele keuzen. CFO's moeten altijd hun onafhankelijkheid bewaken. Als hun operationele rol groeit, neemt de druk toe om resultaat te halen en de grenzen op te zoeken, waardoor de onafhankelijkheid feitelijk of mogelijk onder druk komt te staan. Dat moet een CFO zich niet willen permitteren."