31 oktober 2017 - (ABM FN-Dow Jones) De Amerikaanse beurzen noteren dinsdag hoger. Een half uur voor de slotbel steeg de S&P 500 index 0,2 procent tot 2.577,83 punten, terwijl de Dow Jones index 0,2 procent won op 23.402,49 punten en de Nasdaq 0,5 procent in het groen noteerde op 6.733,00 punten.
Het bedrijfscijferseizoen blijft voor bewegingen zorgen op de Amerikaanse aandelenmarkten. Inmiddels hebben meer dan de helft van alle bedrijven uit de S&P 500 hun resultaten bekend gemaakt. Ook deze week is de bedrijfsagenda goed gevuld, met onder meer Facebook op woensdag en Apple op donderdag.
Vandaag is de tweedaagse bijeenkomst van de Federal Reserve begonnen en woensdagavond volgt het rentebesluit. Er wordt niet gerekend op wijzigingen in het monetaire beleid.
Maar wat de Fed betreft is men vooral benieuwd wie volgend jaar de Fed leiding zal geven wanneer de termijn van de huidige voorzitter Janet Yellen volgend jaar afloopt. Dit zal president Donald Trump donderdag bekend maken. Analisten van Rabobank stelden in een rapport dat als Trump Fed-voorzitter Kevin Warsh of John Taylor aanwijst, de lange rente sneller zal stijgen, terwijl een keuze voor Jerome Powell of een herbenoeming van Janet Yellen geen impact zal hebben op de huidige marktverwachting van een langdurend stimulerend monetair beleid.
Op macro-economisch vlak werd dinsdag bekend dat de arbeidskosten in het derde kwartaal op kwartaalbasis met 0,7 procent en op jaarbasis met 2,5 procent zijn gestegen.
"Twee en een half procent looninflatie klinkt vreselijk zwak, maar aangezien de inflatie minder dan 2 procent is en de productiviteitsgroei gemiddeld iets meer dan 0,5 procent per jaar is sinds het begin van dit decennium, is deze laatste lezing eigenlijk bewijs dat nauwe arbeidsmarkten een beetje looninflatie genereren", zei hoofdeconoom Stephen Stanley van Amherst Pierpont Securities.
The Conference Board maakte bekend dat het consumentenvertrouwen in oktober flink is gestegen. De vertrouwensindex kwam zelfs op de hoogste stand van de laatste 17 jaar uit. Ook de ISM inkoopmanagersindex voor de regio rondom Chicago nam stevig toe, hier tot het hoogste niveau sinds begin 2011.
Een euro kostte 1,1655 dollar. Het valutapaar noteerde aan het begin van de handelsdag in Amerika nog op 1,1637.
Olieprijzen gingen omhoog. Een januari-future West Texas Intermediate steeg 0,4 procent tot 54,39 dollar.