13 juni 2017 - (ABM FN-Dow Jones) De aandelenmarkten in Europa herstelden dinsdag na een dip een dag eerder. De Stoxx Europe 600 index sloot 0,6 procent hoger tot 388,75 punten. De Duitse DAX won 0,6 procent op een stand van 12.764,98 punten en de Franse CAC 40 eindigde 0,4 procent in de plus op 5.261,74 punten. Een sterker Brits pond zette de Londense FTSE 100 onder druk en de index verloor 0,2 procent op een slotstand van 7.500,44 punten.
Terwijl de markt wachtte op een feitelijk ingeprijsde renteverhoging door de Amerikaanse Federal Reserve, wist de Europese techsector dinsdag te herstellen na de verkoopgolf van maandag. Volgens marktanalist Chris Beauchamp van IG waren er dinsdag genoeg beleggers die profiteerden van die dip in tech-aandelen.
Verder hadden beleggers opnieuw veel aandacht voor de politieke ontwikkelingen in het Verenigd Koninkrijk en het effect van de verkiezingen van vorige week op de Brexit onderhandelingen die spoedig starten.
"Het Verenigd Koninkrijk zit in een politieke spagaat en beleggers willen niets liever dan dat de onzekerheid verdwijnt", volgens marktanalist David Madden van CMC Markets. Analisten van Danske Bank wezen erop dat een eventuele coalitie tussen Theresa May's Conservatieven en de Noord-Ierse DUP mogelijk helemaal niet zo stabiel is, zeker met die Brexit onderhandelingen in het verschiet.
De stijging van het Britse pond was dinsdag vooral toe te schrijven aan de inflatiecijfers vanuit het Verenigd Koninkrijk. De Britse consumentenprijzen stegen in mei op jaarbasis met 2,9 procent, tegen een toename van 2,7 procent in april.
"Er zijn maar weinig beleggers die verwachten dat de cijfers de Bank of England tot actie zullen bewegen, gezien de huidige politieke en economische onzekerheid", volgens marktstrateeg Charlie Diebel van Aviva Investors.
Op macro-economisch vlak werd verder bekend dat de Duitse ZEW-index voor het economisch sentiment in juni onverwacht is gedaald. De verwachtingsindex daalde van 20,6 in mei naar 18,6 in juni. Economen rekenden op een indexniveau van 21,5.
De Spaanse centrale bank werd iets voorzichtiger vandaag over de ontwikkeling van de inflatie, wat niet verrassend was, gezien de minder sterke stijging van de consumentenprijzen in mei en de Europees brede trend. De groeiramingen voor de vierde economie van de eurozone werden wel opwaarts bijgesteld.
De olieprijs zakte weg na het maandrapport van de OPEC. Het oliekartel maakte bekend in mei meer te hebben geproduceerd. Een juli-future West Texas Intermediate daalde 0,8 procent tot 45,73 dollar, terwijl een augustus-future Brent 0,6 procent goedkoper werd op 47,98 dollar.
De euro/dollar bewoog dinsdag in een kleine bandbreedte en noteerde rond het slot in Europa op 1,1212. Dinsdagochtend verhandelde het muntpaar nog op 1,1194 en maandag bij het slot op Wall Street stond er een koers van 1,1204 op de borden.
Voor elke euro kregen beleggers dinsdag minder Britse ponden. De koers daalde 0,7 procent op 0,8788.