1 juni 2017 - (ABM FN-Dow Jones) De Amsterdamse beurzen zijn donderdag met winst gesloten. De AEX index steeg 0,6 procent tot 527,03 punten, terwijl de AMX een winst van 0,8 procent liet optekenen en voor de AScX een plus resteerde van 0,5 procent.
Volgens fondsmanager Cees Smit van Today's Group was donderdag per saldo sprake van een positief sentiment, hoewel de winst enigszins beperkt bleef door de wereldwijde politieke geopolitieke ontwikkelingen. Smit wees daarbij naar de hernieuwde assertiviteit van Duitsland en Frankrijk richting Washington en de oplopende spanning over het klimaatakkoord.
"De AEX komt de laatste dagen per saldo nauwelijks van zijn plaats. Wat wel opvalt is dat de ontstane weerstand (net onder de 530 punten) nog altijd niet opwaarts gebroken is", zeiden analisten van onlinebroker Lynx. "Zolang dit niet gebeurt, mogen de blikken naar beneden worden gericht en wordt een lagere top in de grafiek gevormd. Het eerste belangrijke steunpunt is de dubbele bodem ligt rond de 520 punten", aldus de onlinebroker.
Op macro-economisch vlak werd bekend dat de bedrijvigheid in de industrie in de eurozone in mei in een hoger tempo is gegroeid. De inkoopmanagersindex steeg van 56,7 in april naar 57,0 in mei, het hoogste niveau in circa zes jaar.
De indexen van de individuele lidstaten lieten echter een verdeeld beeld zien. De bedrijvigheid in de Britse industrie groeide in mei in een lager tempo, evenals in Frankrijk, Italië en Nederland. De activiteit in de Duitse industrie nam echter in een hoger tempo toe en ook in Spanje trok de activiteit in een sneller tempo aan.
Tevens werd bekend dat de Italiaanse economie in het eerste kwartaal van 2017 licht is gegroeid. Op kwartaal- en jaarbasis was sprake van een groei van respectievelijk 0,4 en 1,2 procent.
Gedurende de tweede helft van de handelsdag kwam uit de Verenigde Staten het nieuws dat
het aantal banen in de niet-agrarische sector in de Verenigde Staten in mei is gestegen met 253.000 stuks, terwijl vooraf werd gerekend op een stijging van 180.000 banen.
Daarnaast werd bekend dat het aantal eerste aanvragen voor een werkloosheidsuitkering in de Verenigde Staten in de week eindigend op 27 mei is toegenomen met 13.000 tot 248.000.
Een tweetal inkoopmanagersindexen voor de industrie lieten een tegenstrijdig beeld zien. Cijfers van Markit Economics lieten een vertraging van de groei zien. De index daalde van 52,8 in april naar 52,7 in mei. Cijfers van ISM suggereerden daarentegen een lichte versnelling van de groei. De inkoopmanagersindex steeg van 54,8 in april naar 54,9 in mei.
De bouwuitgaven in de Verenigde Staten zijn in april op maandbasis gedaald met 1,4 procent.
Olie noteerde donderdag in het groen/rood. Uit de wekelijkse Amerikaanse olievoorraden bleek een daling van 6,4 miljoen vaten. Een juli-future West Texas Intermediate steeg 1,1 procent tot 48,83 dollar, terwijl een augustus-future Brent 0,8 procent hoger bewoog op 51,18 dollar.
De euro/dollar noteerde op 1,1219. Bij aanvang van de handelsdag in Europa bewoog het muntpaar nog op 1,1237 en bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen op woensdag stond er een stand van 1,1244 op de borden.
