21 april 2017 - (ABM FN-Dow Jones) De Europese beurzen zijn vrijdag verdeeld gesloten, waarbij de Duitse DAX is gestegen en de Franse CAC daalde.
De breed samengestelde STOXX Europe 600 index sloot nagenoeg vlak op 378,12 punten, de Duitse DAX presenteerde een winst van 0,2 procent tot 12.048,57 punten, maar voor de Franse CAC 40 resteerde een min van 0,4 procent op 5.059,20 punten. De Britse FTSE 100 sloot 0,1 procent lager op 7.114,55 punten.
De Franse presidentsverkiezingen aanstaande zondag en het kwartaalrapportageseizoen domineerden vrijdag het sentiment.
"De terroristische aanval in Parijs op donderdagavond kan de verkiezingen beïnvloeden, met een mogelijk vooruitzicht op een nek-aan-nek race tussen Marine Le Pen op de rechterflank en Jean Luc Melenchon op links. Welke uitkomst daaruit ook volgt, het zal niet goed door de financiële markten worden ontvangen", zei hoofdanalist Michael Hewson van CMC Markets.
Verder was er aandacht voor de speech van ECB-voorzitter Mario Draghi in Washington, waarin hij waarschuwde dat de Europese Centrale Bank nog geen signalen van terugkeer naar duurzame stijging van inflatie in de eurozone ziet.
Draghi erkende dat er een "steviger en breder" economisch herstel in de eurozone plaatsvindt, maar dat de onderliggende inflatie, waarin energie- en voedselprijzen niet worden meegenomen, te zwak blijft en afhankelijk blijft van "erg substantiële" ondersteuning vanuit Frankfurt.
Op macro-economisch vlak werd vrijdag bekend dat de economische bedrijvigheid in de eurozone in april in een sneller tempo is gegroeid. Het overschot op de lopende rekening van de eurozone is in februari gestegen van 26,1 miljard naar 37,9 miljard euro.
De samengestelde inkoopmanagersindex voor de eurozone steeg van 56,4 in maart naar 56,7 in april. De individuele indexen lieten een echter een verdeeld beeld zien voor diverse lidstaten. In Duitsland was sprake van een vertraging van de groei, terwijl in Frankrijk juist sprake was van een versnelling van de groei.
De detailhandelsverkopen in het Verenigd Koninkrijk zijn in maart op maandbasis met 1,8 procent gedaald. Op jaarbasis was echter sprake van een stijging met 1,7 procent.
Olie noteerde vrijdag in het rood. Een juni-future West Texas Intermediate daalde 2,4 procent tot 49,49 dollar, terwijl een juni-future Brent 2,2 procent lager bewoog op 51,83 dollar.
De euro/dollar noteerde op 1,0698. Bij aanvang van de handelsdag bewoog het muntpaar nog op 1,0731 en bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen op donderdag stond er een stand van 1,0720 op de borden.