7 februari 2017 - (ABM FN-Dow Jones) De aandelenmarkten in Europa zijn dinsdag overwegend hoger gesloten. De Stoxx Europe 600 index steeg 0,3 procent op een slotstand van 362,74 punten, net als de Duitse DAX die 0,3 procent won op 11.549,44 punten. De Britse FTSE sloot 0,2 procent hoger op een slotstand van 7.186,22 punten.
De Franse CAC 40 viel uit de toon en daalde 0,5 procent op een slotstand van 4.754,47 punten.
"De Franse beurs worstelde, onder druk van een tegenvallende reactie op de cijfers van BNP Paribas, en tegelijkertijd de toenemende politieke risico's", zei marktanalist Michael Hewson van CMC Markets, wijzend op de aanstaande presidentsverkiezingen in Frankrijk die langzaamaan het nieuws beginnen te domineren. Momenteel maakt de markt zich zorgen over een vermeend corruptieschandaal waar kandidaat Francois Fillon bij betrokken is. Hij wordt gezien als één van de voornaamste concurrenten van Marine Le Pen, duidelijk voorstander van een referendum over een mogelijk vertrek van Frankrijk uit de Europese Unie en een vertrek uit de NAVO.
Franse obligaties wisten enigszins te herstellen na de scherpe daling van maandag. Toen steeg de zogenoemde spread tussen het rendement op Franse en Duitse tienjaarsleningen naar het hoogste niveau sinds 2012.
Opvallend was verder de stijging van het rendement op Griekse staatsobligaties, met 26 basispunten op 7,925 procent. Dinsdag verscheen een evaluatie van het Internationaal Monetair Fonds over Griekenland, waarin het IMF opnieuw zijn zorgen uitte over het steunprogramma van Athene en de onhoudbaar hoge schuldenlast.
Op macro-economisch vlak was er aandacht voor de industriële productie in Duitsland. Die daalde in december onverwacht. De afname van 3 procent stond in schril contrast met de stijging die werd voorzien en de flinke toename van de Duitse fabrieksorders over dezelfde maand die maandag reeds bekend werd. Econoom Carsten Brzeski van ING wees erop dat de productiecijfers met een korreltje zout genomen moeten worden vanwege het koude winterweer en de feestdagen.
Olie werd dinsdag goedkoper. De maart-future op een vat West Texas Intermediate daalde 2,0 procent op 51,97 dollar en de april-future op een vat Brent werd 1,6 procent goedkoper op 54,83 dollar.
De euro noteerde rond het sluiten van de beurzen op 1,0699 dollar. Het muntpaar verhandelde dinsdagochtend op 1,0667 en maandagavond bij het sluiten van de indexen in New York op 1,0688. De voorzitter van de Europese Centrale Bank, Mario Draghi, wist de euro maandag omlaag te praten, door het bestaansrecht van de munt te benadrukken, net als de noodzaak voor monetaire verruiming om de economie in de regio verder aan te jagen. Voorzitter Jens Weidmann van de Bundesbank zei dinsdag dat de ECB moet stoppen met zijn stimuleringsmaatregelen zodra de centrale bank zijn inflatiedoelstelling heeft bereikt.
