27 december 2016 - (ABM FN-Dow Jones) De Europese beurzen zijn dinsdag na een lang weekend in verband met de viering van Kerstmis iets hoger gesloten.
De breed samengestelde STOXX Europe 600 index steeg 0,1 procent op 360,48 punten, de Duitse DAX presenteerde een winst van 0,2 procent op 11.472,24 punten en voor de Franse CAC 40 resteerde een plus van 0,2 procent op 4.848,28 punten. De Britse FTSE 100 bleef gesloten en zal de handel na een lang weekend op woensdag hervatten.
Beleggers moesten het doen met een vrijwel lege macro-economische agenda, uitgezonderd cijfers over de Nederlandse uitzendbranche. Het aantal gewerkte uren in de Nederlandse uitzendsector nam in periode 12, die liep van week 45 tot en met 48 van dit jaar, met 7 procent op jaarbasis op. De omzet steeg in dezelfde periode met 8 procent. In periode 11 steeg het aantal uitzenduren nog met 6 procent en nam de omzet eveneens toe met 6 procent.
Volgens president Klaas Knot van De Nederlandsche Bank moet de Europese Centrale Bank zo snel mogelijk zijn omvangrijke maandelijkse opkoopprogramma van obligaties afbouwen. De centrale bank koopt momenteel voor 80 miljard euro per maand aan staatsobligaties op. Vanaf april wordt dit bedrag verlaagd tot 60 miljard euro. "Het is duidelijk dat we die taperingfase niet lang meer kunnen uitstellen", beweerde de centraal bankier.
Wat betreft de economische omstandigheden in Italië en de problemen binnen de bankensector, zei Knot dat landen in de eurozone verder uit elkaar groeien. "Het wordt zo steeds moeilijker om één monetair beleid te voeren," volgens de DNB-president.
De euro/dollar noteerde op 1,0457. Bij aanvang van de handelsdag bewoog het muntpaar nog op 1,0447 en bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen op vrijdag stond er een stand van 1,0452 op de borden.
Olie noteerde dinsdag in het groen. Een januari-future West Texas Intermediate steeg 1,4 procent op 53,73 dollar, terwijl een maart-future Brent 1,3 procent hoger bewoog op 56,60 dollar.
Later in de handelsweek kijken beleggers uit naar cijfers over het Italiaanse consumenten- en ondernemersvertrouwen, de monetaire geldhoeveelheid in de eurozone en de Nederlandse producentenprijzen. Verder passeren nog inflatiecijfers uit Spanje en de Italiaanse producentenprijzen.