3 oktober 2016 - (ABM FN-Dow Jones) De Amerikaanse beurzen zijn maandag met kleine verliezen aan de handelsweek begonnen, nadat Groot-Brittannië aankondigde om vanaf eind maart 2017 het proces van een Brexit in gang te zetten.
De toonaangevende S&P 500 index daalde 0,3 procent naar 2.161,20 punten, de Dow Jones index verloor eveneens 0,3 procent op 18.253,85 punten en de Nasdaq sloot 0,2 procent lager op 5.300,87 punten.
"Beleggers realiseren zich dat de ergste tegenwind voor de Britse economie veroorzaakt zal worden door lagere bedrijfsinvesteringen, waarbij de negatieve impact zich op lange termijn zal manifesteren", stelde beleggingsstrateeg Wouter Sturkenboom van Russell Investments.
De Britse premier Theresa May zei meldde dat het land tegen het einde van maart 2017 gaat beginnen met de onderhandelingen over het vertrek van de Britten uit de Europese Unie.
De macro-economische agenda bevatte maandag de mondiale inkoopmanagersindexen, waaruit bleek dat de Amerikaanse inkoopmanagersindex voor de industrie gemeten door het Institute for Supply Management steeg van 49,4 in augustus naar 51,5 in september.
"Het ISM-cijfer suggereert een bescheiden opleving in september", meenden economen van Nomura. De Japanse bank mikte zelf op een indexcijfer van 49,0. "De verbetering komt na een merkwaardige vertraging in augustus, wat de markten destijds negatief verraste."
De cijfers van Markit Economics lieten voor september een vertraging van de Amerikaanse groei zien. De inkoopmanagersindex daalde van 52,0 in augustus naar 51,5 en bereikte daarmee het laagste niveau in drie maanden. In de eurozone steeg de inkoopmanagersindex juist van 51,7 in augustus naar 52,6 in september, vooral dankzij een ommekeer in de Italiaanse industrie van krimp naar groei en meer bedrijvigheid in Spanje en Duitsland. In Frankrijk was bovendien sprake van een minder sterke krimp.
Verder bleek dat de Amerikaanse bouwuitgaven in augustus onder druk stonden. De uitgaven daalden op maandbasis met 0,7 procent, terwijl geraadpleegde economen juist mikten op een groei van 0,4 procent. Op jaarbasis was in augustus sprake van een krimp met 0,3 procent van de bouwuitgaven.
Olie noteerde maandag in het groen. Een november-future West Texas Intermediate steeg 0,9 procent op 48,66 dollar, terwijl een december-future Brent 1,2 procent duurder werd op 50,81 dollar.
De euro/dollar noteerde op 1,1212. Bij aanvang van de handelsdag bewoog het muntpaar nog op 1,1226 en rond het sluiten van de Amerikaanse beurzen op vrijdag stond er een stand van 1,1240 op de borden.
Dinsdag staat de inkoopmanagersindex voor de regio New York geagendeerd, op woensdag gevolgd door de mondiale inkoopmanagersindexen van de dienstensector en het ADP banenrapport. Op vrijdag staat het officiële banenrapport op de rol. "Na een tegenvallende stijging van 151.000 banen in augustus wordt voor september gemiddeld genomen een toename van 164.00 banen voorzien", aldus ABN AMRO.
