14 juli 2016 - De Amerikaanse futures wezen donderdag op een hogere opening voor Wall Street. De futures voor de Dow Jones index, de futures voor de S&P 500 en de futures voor de Nasdaq noteerden een half uur voor de openingsbel in New York 0,7 procent in de plus.
Eerder op de middag noteerden de futures rond de 1 procent in de plus, anticiperend op een renteverlaging door de Bank of England. Die kwam er echter niet want de Britse centrale bank handhaafde de rente op 0,5 procent en liet ook het obligatie-opkoopprogramma van 375 miljard Britse pond ongemoeid.
"De toon van de bijbehorende verklaring en notulen herbevestigen onze opvatting dat de bijeenkomst in juli bedoeld was om een aanpassing van het beleid voor te bereiden, waarbij een renteverlaging zeer goed mogelijk is bij de bijeenkomst in augustus", schreven analisten van Investec Economics.
Volgens marktanalist James Hughes van GKFX was de markt voorafgaand aan het rentebesluit al wat gekalmeerd vanwege de benoeming van Theresa May als nieuwe Britse premier en de benoeming van een nieuwe regering in het Verenigd Koninkrijk. Daardoor leidde het toch wel verrassende rentebesluit niet tot een grote schokbeweging.
Eerder zei econoom Ana Thaker van PhillipCapital dat wanneer de Bank of England de rente zou verlagen, hiermee een renteverlaging door de Federal Reserve ook van tafel zou zijn.
Op macro-economisch vlak werd vanmiddag bekend dat de wekelijkse aanvragen voor een werkloosheidsuitkering in de Verenigde Staten vorige week stabiel zijn gebleven op 254.000 stuks. De Amerikaanse producentenprijzen stegen in juni met 0,5 procent, waar een stijging van 0,2 procent werd verwacht.
Olie werd donderdag weer wat duurder, nadat de prijzen woensdag nog daalden tot het laagste niveau in twee maanden, vanwege de zorgen over de torenhoge Amerikaanse olievoorraden. Rond de klok van drie uur noteerde de augustusfuture voor een vat ruwe olie aan de Nymex 1,9 procent hoger op 45,59 dollar en werd een vat Brent met levering in september 2,0 procent duurder verhandeld op 47,21 dollar.
De euro kostte kort voor de openingsbel in New York 1,1135 dollar en één Brits pond leverde 1,3352 dollar op. Dat was voor het rentebesluit van de Bank of England nog 1,3226 dollar.
