30 mei 2016 - De Amsterdamse beurzen zijn maandag met kleine winsten aan de nieuwe handelsweek begonnen, maar moesten het stellen met dunne handelsvolumes omdat Amerika en Londen genoten van een langer weekend.
De AEX eindigde 0,2 procent hoger op 451,79 punten, de AMX noteerde fractioneel lager op 669,20 punten en de AScX sloot 0,6 procent in het groen op 774,18 punten.
De Amerikaanse beurzen hielden maandag de deuren gesloten in verband met de viering en herdenking van Memorial Day. Ook Londen kon genieten van een langer weekend dankzij een bank holiday.
"Dat betekent normaal gesproken een lagere omzet", wees Han Vermeulen van Aberfeld Asset Management op de gesloten aandelenmarkten in Amerika en het Verenigd Koninkrijk. De vermogensbeheerder sprak verder van een "erg rustige" dag.
Beleggers moesten het maandag stellen met een matig gevulde beursagenda. De Franse economie groeide in het eerste kwartaal met 0,6 procent ten opzichte van de drie maanden ervoor. Dit was iets beter dan de groei van 0,5 procent die aanvankelijk werd gemeld.
De consumentenprijzen in Spanje stonden in mei opnieuw flink onder druk. Uit voorlopige cijfers bleek vanochtend dat het prijspeil deze maand met 1,1 procent is afgenomen op jaarbasis. In april kwam er al een deflatie van 1,2 procent uit de bus.
De Duitse stegen in mei op jaarbasis conform verwachting met 0,1 procent, zo meldde statistiekbureau Destatis. Op maandbasis bedroeg de inflatie in mei 0,3 procent. In april daalden de consumentenprijzen op maandbasis nog met 0,4 procent.
De prijs voor een vat ruwe olie naderde de grens op 50,00 dollar als gevolg van kleine winsten. Een juli-future op een vat West Texas Intermediate noteerde 0,4 procent in het groen op 49,51 dollar en een augustus-future Brent werd 0,6 procent meer waard op 50,23 dollar.
De euro/dollar noteerde rond het sluiten van de beurzen in Amsterdam op 1,1136. Het muntpaar noteerde bij aanvang van de handelsdag nog op 1,1122.
Later in de week krijgen beleggers een stroom aan macro-economische publicaties te verwerken, waaronder de mondiale inkoopmanagersindexen, diverse inflatiecijfers uit de eurozone, het Amerikaanse banenrapport en het rentebesluit van de Europese Centrale Bank.
