1 april 2016 - De Europese aandelenmarkten zijn vrijdag lager gesloten, onder andere vanwege de lagere olieprijs, tegenvallende macro-economische data uit Japan en een gemengd Amerikaans banenrapport.
De EuroStoxx 50 sloot vrijdag 1,7 procent lager op 2.953,28 punten, de DAX-30 daalde 1,7 procent tot 9.794,64 punten en de Franse beurs verloor 1,4 procent tot 4.322,24 punten. De Britse FTSE 100 daalde 0,5 procent tot 6.146,05 .
De Europese beurzen kregen voorbeurs verdeelde signalen uit Azië: positieve data uit China en teleurstellende cijfers uit Japan. De officiële Chinese inkoopmanagersindex voor de industrie noteerde voor het eerst in acht maanden boven de 50, wat duidt op een groei in de economisch activiteit. Daarentegen kwam uit Japan het nieuws dat de omstandigheden in de Japanse productiesector zijn verslechterd en dat het ondernemersvertrouwen onder druk staat.
Vrijdagochtend kreeg de markt een reeks inkoopmanagersindices te verwerken uit het eurogebied. De bedrijvigheid in de Duitse industrie is in maart in een iets hoger tempo gestegen, terwijl ook Nederland en Italië de industriële activiteit zagen groeien. De Spaanse industrie kende een minder sterke groei. De Franse industrie viel zelfs terug naar krimp. Voor de eurozone in zijn geheel is de bedrijvigheid in de industrie in maart in een licht hoger tempo gegroeid.
De tweede helft van de handelsdag stond met name in het teken van het Amerikaans banenrapport. Marktvolgers spraken van een gemengd rapport. Hoewel het aantal banen in de niet agrarische sector in maart met een stijging van 215.000 banen harder steeg dan verwacht, steeg het werkloosheidspercentage onverwacht naar 5,0 procent, van 4,9 procent. Wat tevens positief stemde was de stijging van het gemiddelde uurloon met 0,07 dollar naar 25,43 dollar.
Tevens werd bekend dat het Amerikaans consumentenvertrouwen in maart is gedaald. Ook de Amerikaanse bouwuitgaven lieten in februari op maandbasis een daling zien. De bedrijvigheid in de Amerikaanse industrie steeg daarentegen in maart op maandbasis.
De euro noteerde rond het slot van de handel in Europa ten opzichte van de dollar op 1,1393 dollar.
Brent noteerde 4,1 procent lager op 38,68 dollar en WTI daalt 3,8 procent tot 38,23 dollar.
