4 maart 2016 - De Amerikaanse beurzen zullen naar verwachting iets hoger openen. Een half uur voor de openingszoemer noteerden futures op de Dow Jones index, de S&P 500 index en technologiebeurs Nasdaq tot 0,2 procent hoger.
Vanmiddag bleek in de Verenigde Staten dat het aantal banen in de niet-agrarische sector in februari in een hoger tempo steeg. Afgelopen maand nam het aantal banen toe met 242.000 banen, na een groei van 172.000 in januari. De werkloosheid bleef onveranderd op 4,9 procent.
De banengroei van 172.000 voor januari betekende een opwaartse bijstelling van de eerder gemelde 151.000. Het gemiddelde uurloon daalde echter met 0,03 dollar naar 25,35 dollar.
Volgens econoom Maritza Cabezas van ABN AMRO is het banenrapport niet sterk genoeg voor de Federal Reserve om de rente te verhogen tijdens de volgende bijeenkomst van de centrale bank halverwege maart. "De Amerikaanse arbeidsmarkt blijft een sterk herstel tonen, maar de loongroei blijft een punt van zorg," aldus Cabezas.
Volgens de econoom bleef de trend van een sterke loongroei in de afgelopen maanden niet overeind. Samen met zorgen over de situatie in China en in opkomende markten zal de Fed volgens ABN AMRO wachten met een renteverhoging.
Verder bleek voorbeurs dat het tekort op de handelsbalans in januari toe nam. Het handelstekort steeg van 44,7 miljard dollar in december naar 45,7 miljard dollar in januari. De export daalde in januari met 3,8 miljard dollar naar 176,5 miljard dollar, terwijl de import met 2,8 miljard dollar omlaag ging naar 222,1 miljard dollar.
De agenda blijft voor de rest van de middag leeg. Dit weekeinde komen er volgens Ron van der Does van IG Markets evenwel belangrijke data uit China vrij. Het Chinese Volkscongres komt bijeen om over de doelstellingen voor dit jaar te praten. Verwacht wordt volgens de marktanalist van IG dat de economische groei op 6,5 tot 7 procent wordt geprognotiseerd.
De euro/dollar noteerde vrijdag op 1,0945. Bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen op donderdag bewoog het muntpaar nog op 1,0963.
Olie noteerde nipt in het groen. Een april-future op een vat West Texas Intermediate steeg 0,7 procent op 34,80 dollar, terwijl een vat Brent 1,0 procent duurder werd op 37,45 dollar.
