30 september 2010 - Lotus heeft vandaag bekend gemaakt hun merkambities flink omhoog te schroeven en daar behoort ook een heel ander prijskaartje bij. Om bestaande klanten niet meteen weg te jagen zal de nieuwe Elise nog de enige ´betaalbare´ Lotus blijven. Verwacht echter nog altijd een sterk gestegen prijsstelling.
Dat de Elise de afgelopen jaren ontzettend belangrijk is geweest voor Lotus zal het merk absoluut niet ontkennen. Maar het model zal de komende jaren iets minder prioriteit krijgen. Veel belangrijker voor het nieuwe Lotus-imago zijn de nieuwe Esprit en Elite. Zij moeten de wens van Lotus om opnieuw in één adem genoemd te worden met merken als Ferrari en Lamborghini gaan vervullen.
Gesneden koek?
"De Elise blijft de instapper van de compleet nieuwe lijn om bestaande klanten van Lotus tevreden te houden", aldus de woorden van Dany Bahar, de CEO van Lotus Group, tijdens zijn nieuwspreek op de autosalon van Parijs. Toch zal ook de nieuwe Elise er niet goedkoper op worden. De nieuwe Elise bevat namelijk intens zoveel van het nieuwe Lotus-DNA als de overige vier nieuwe sportwagens van het merk. Qua uiterlijk is dat zeker het geval. De Elise komt sterk overeen met zijn duurdere familieleden.
Prestatiedrang
Doel is natuurlijk om op met name het gebied van prestaties de lat hoog te houden. Een lichtgewicht karakter blijft hierin een essentiële rol spelen. Achterin ligt een tweeliter turbomotor met een vermogen van 320 pk. Hiermee moet de Elise in slechts 4,3 seconden naar de honderd kunnen te schieten. De topsnelheid van deze kleinste Lotus zou rond de 270 km/h liggen. Naast de prestaties is ´milieu´ een stuk belangrijker geworden bij het Lotus van nu. Dat de Elise met een start/stop-systeem wordt uitgerust is daar een goed voorbeeld van. De Britse fabrikant hoopt zodoende de CO2-uitstoot onder de 150 g/km te houden.
Vooralsnog hoeven we geen afscheid te nemen van de huidige Elise. De nieuwe generatie dient zich pas aan in 2015.
