In mijn vorige artikel De meest cruciale competentie van een teamleider schreef ik ‘Leer je mensen leren’ omdat dat Zelfsturing bevordert. Uit de enquête die ik bij dat artikel deed, bleek dat veel leidinggevenden de coachende rol die daarbij hoort nog niet zo vaak innemen. En het bewust creëren van situaties waarin ervaringsleren gestimuleerd word en de leidinggevende kan mentoren, wordt ook niet vaak opgezocht. Toch lijken de medewerkers coachend leiderschap op prijs te stellen. Hoe groei je daar naartoe, coachend leidinggeven?
Schakelen tussen rollen
Je medewerker coachen in diens ontwikkeling kan veel winst opleveren. Het vraagt wel dat je kunt schakelen tussen rollen. Je ene rol is de manager die met de medewerker als productiemiddel z’n doelen moet halen. De andere rol is die van de leider die z’n medewerker wil laten groeien. Marijke Lingsma schrijft over zelf-coachen dat de manager drie petten op moet kunnen zetten: die van de manager, die van de leider én – los daarvan - die van de coach. Die rollen en voorwaarden zijn:
Als leider heb je een visie die je uitdraagt in alles wat je doet. Van daaruit verwacht je bepaald gedrag van je mensen. Vanuit die visie spreek je anderen aan op hun competenties en je laat daarbij voorbeeldgedrag zien.
Als manager ben je gericht op output en bedrijfsprocessen. Je bent verantwoordelijk voor de doelstellingen en de resultaten en de kwaliteit daarvan. Daarvoor stimuleer je en stuur je aan. Je bent er om problemen op te lossen.
Als coach richt je je op het bevorderen van ontwikkeling van je mensen, zodat die resultaten boeken en zingeving ervaren. Je kunt schakelen tussen de pet van personal coach en die van teamcoach.
Wie niet goed schakelt in z’n rollen, zit én het resultaat van de afdeling én de ontwikkeling van z’n medewerkers in de weg.