Als u aan managers en/of medewerkers zou vragen wat zij het belangrijkste streven vinden in hun leven en hun werk, dan wordt vaak het woord geluk genoemd. Dat is natuurlijk niet zo raar. Sheila Neijman schreef daarover in een eerder artikel dat uit talloze onderzoeken blijkt dat gelukkige mensen langer leven, lichamelijk gezonder zijn, socialer, energieker, vriendelijker, flexibeler, vindingrijker, groter zelfvertrouwen hebben, meer geld verdienen en een prettige energie uitstralen. Bovendien is geluk besmettelijk, is het maakbaar, vergroot het de arbeidsproductiviteit en de arbeidssatisfactie, verlaagt gelukkig zijn het ziekteverzuim en werken gelukkige mensen veel beter samen. Wat willen we nog meer? Sheila gaf daarbij tien nuttige manieren om te managen op geluk.
Streven naar of wachten op geluk?
Geluk is blijkbaar iets wat we willen nastreven, maar kun je dat wel nastreven of is geluk hebben eigenlijk gewoon een kwestie van geluk? Dit doet me denken aan een compliment dat ik iemand hoorde uitspreken: ‘Wat een geluk dat je bent geslaagd voor je rijbewijs!’. We snappen de intentie van de complimentgever. Hij wilde de ander feliciteren met diens behaalde succes, maar uit de woorden bleek dat niet helemaal. Het leek bijna of hij wilde zeggen dat het slagen voor het rijexamen het resultaat was van louter toeval. Bij geluk denken we aan een langdurig gevoel van tevredenheid, liefde of vreugde, maar we gebruiken het woord ook als het hebben van een positieve toevalligheid. We hebben het soms zelfs over stom geluk. Zo klinkt het alsof we er weinig aan hoeven te doen: geluk komt ons blijkbaar aanwaaien, of het is er (ongelukkig genoeg) gewoon niet – en het is kennelijk net zo oncontroleerbaar als het weer. Dat laatste is niet wat we graag zouden willen. Is er iets waarmee we ons geluksgevoel zouden kunnen beïnvloeden? Met andere woorden: kunnen we onszelf gelukkiger maken, en daarmee meteen de effectiviteit van het werk verbeteren?