Als u deelneemt aan het verkeer dient u de verkeersregels in acht te nemen om te voorkomen dat u botst. Werken met mensen betekent dat u de spelregels in de omgang met mensen moet leren kennen om te voorkomen dat het botst. Als kind werd u al vertrouwd gemaakt met die spelregels. Van uw ouders leerde u om niet met volle mond te praten, te spreken met twee woorden en te eten met mes en vork. Op school leerde u dat het onbeleefd is om door elkaar te praten. Als u iets wilde zeggen diende u uw vinger op te steken en te wachten op uw beurt. Deze regels zorgden voor structuur en duidelijkheid in de omgang met anderen.
Hoe gaan we met elkaar om?
In het sociale verkeer is het prettig om te weten hoe u mensen het best kunt benaderen om te voorkomen dat u elkaar misverstaat. Een goed bedoelde gedraging of opmerking kan bij een ander immers totaal verkeerd uitpakken, bijvoorbeeld als hij of zij uit een andere cultuur afkomstig is en andere gebruiken heeft geleerd. Zo kan het in Arabische landen beledigend zijn als u iemand iets aanreikt met uw (onreine) linkerhand.