In assertiviteitstrainingen staat vaak het nee leren zeggen centraal. Een zelfbewuste persoon die opkomt voor zichzelf pikt niet zomaar alles, is het idee. U komt sterk over door nee te zeggen, want dan laat u weten waar u voor staat. U kunt er duidelijk uw grenzen mee aangeven. Toch is nee zeggen minder effectief dan verondersteld. Door nee te zeggen laat u alleen horen dat u iets niet wilt. Beter is het te laten weten wat u wél wilt. Nee zeggen beperkt. Ja zeggen creëert openingen, kansen en mogelijkheden. Als u weloverwogen ja zegt, laat u zeker niet over u heen lopen. Bewust ja zeggen is zeer assertief! Ja zeggen houdt de communicatie gaande. Het draagt ook bij tot wederzijds vertrouwen.
'Zeg maar ja tegen het leven, anders zegt het leven nog nee.’ - Wim Sonneveld
Bent u uzelf als u nee zegt? Vorige week kreeg ik een boekje in handen met de titel: ‘Wees gerust uzelf en Zeg Nee’. Het boekje was geschreven vanuit het assertiviteitsbeginsel. Het was gevuld met argumenten waarom het zo belangrijk is om nee te zeggen. Nee zeggen is een elementair grondrecht, meende de schrijver. Ook bevatte het boekje tips over hoe je dat nee zeggen het beste kon doen. De titel van het boekje veronderstelt dat nee zeggen belangrijk is om uzelf te kunnen zijn. Als u opkomt voor uzelf zou nee een van uw meest gebruikte woorden moeten zijn. Maar als u alleen maar nee zegt, wordt weerstand uw basishouding. Met dit woord kunt u alleen iets ontkennen, afkeuren of weigeren. Het zal u enorm goed lukken om dingen af te houden, maar verder zult u er in positieve zin weinig mee bereiken.
Het effect van nee zeggen Enkele jaren geleden deed ik mee aan een korte communicatieoefening. De groep werd verdeeld in tweetallen. We moesten de ruimte rondlopen en ons voorstellen dat we door een supermarkt liepen. De ene persoon duwde het denkbeeldige winkelwagentje. De ander pakte steeds iets uit de rekken en vroeg dan: ‘Zullen we … meenemen?’ De persoon met het wagentje mocht alleen maar ‘Nee!’ antwoorden en met zijn hoofd schudden. Daarbij wisselde hij telkens zijn stemming: boos, teleurgesteld, enthousiast, vriendelijk, onzeker, verbaasd. Maar ondanks de stemmingswisselingen, kwam er bar weinig in het winkelwagentje terecht. Hoe hij het ook bracht; nee bleef nee. De persoon met het wagentje had helder aangegeven wat hij niet wilde, maar kon niet duidelijk maken wat hij dan wél wilde. Het is niet genoeg om alleen te zeggen wat u niet wilt, u moet ook duidelijk kunnen maken wat u wél wilt. Ja is daarvoor het meest geschikte woord. Altijd ja zeggen is natuurlijk ook niet gewenst. Een mens die steeds ja zegt, lijkt iemand zonder eigen meningen en verlangens.