Het is een hardnekkige misvatting dat sleur op je werk alleen maar heeft te maken met een voortdurende onderbelasting. Sleur treedt net zo goed op bij een chronische overbelasting. Jazeker: ook als je de hele tijd druk-druk-druk bent zit je in een sleur. Te lang teveel te doen hebben veroorzaakt sleurstress. Het werkt als een sluipmoordenaar en bekruipt je heel geniepig. Gelukkig hoeven we dat niet machteloos te ondergaan; we kunnen er zelf een hele hoop aan doen. Lees maar eens verder.
Als we na een intensief sollicitatieproces ons arbeidscontract ondertekenen zijn we vol passie en vuur over onze nieuwe baan. We schudden de hand van onze nieuwe werkgever die ons glimlachend welkom heet. We drinken er een drankje op in de kroeg met vrienden en verheugen ons op onze eerste werkdag. We zijn een beetje zenuwachtig want alles is nieuw maar we zijn ook opgewonden want alles is nieuw. Vervolgens bergen we het contract op in een la om er niet meer naar om te kijken en gaan we aan de slag. Onze baas gaat voor ons zorgen en wij gaan ons best doen.
Werkbederf
Maar dan beginnen de werkomstandigheden te veranderen. Heel geleidelijk aan wijzigen de oorspronkelijke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. We krijgen steeds een beetje meer te doen. We durven niet goed ‘nee’ te zeggen tegen extra taken.
De gezagsverhouding komt onder druk te staan. Onze bazen eisen steeds meer van ons. Er is crisis, we hebben geen keuze, zo denken we. We gaan in de avonden werken, steeds vaker gaat de laptop open in het weekend, we zijn op vakantie telefonisch bereikbaar voor onze baas. En we beginnen dat met zijn allen steeds normaler te vinden. "Zo werkt het" – "Het is nou eenmaal zo" – "Niets aan te doen". Kortom: er treed werkbederf op.
Werkslavernij
Wég met de clichés ‘we werken om te leven en niet andersom’, ‘na gedane arbeid is het goed rusten’ en ‘arbeid adelt’. Het wordt tijd deze eens op de moderne tijdsgeest aan te passen. Want we leven voor ons werk. En na gedane arbeid is het flink overwerken. Arbeid verarmt want een miljoen mensen in Nederland heeft last van burnout-verschijnselen. Dat is één op de acht werknemers.
Slechts 15 procent heeft géén last van stress op het werk. En dat is nog niet alles: het conglomeraat aan werkgevers in Nederland onthoudt de werknemer jaarlijks 6,6 miljard euro bruto aan overwerkvergoedingen. Dat is 8000 euro per werknemer per jaar! Dat begint allemaal verdacht veel op werkslavernij en werkverslaving te lijken.
Balans werk/privé
Zijn dat nou allemaal bewuste keuzes? Kiezen we er daadwerkelijk voor om zó intensief met ons werk bezig te zijn dat we er partner, kinderen, familie, vrienden, vrije tijd en gezondheid aan opofferen?
Dat is moeilijk te geloven. Als je er iemand direct naar vraagt scoren gezondheid, gezin en geluk nog steeds hoge plaatsen in de Top-5 van belangrijkheid. Daarna pas komen geld en carrière. Maar de werkelijkheid is hardnekkig. Werk en privé lopen steeds meer door elkaar heen, de eerste overwoekert de tweede; het wordt steeds moeilijker het onderscheid te maken.
Herken je dit? Heb je last van baanbalen (je begint een beetje een hekel te krijgen aan je werk), jobtobben (je ligt er regelmatig van wakker) en ellendewentelen (alles herhaalt zich, je klaagt er over maar voelt je machteloos)? Sta dan op en doe wat! De volgende tips en trucs kunnen je helpen een begin te maken.
1. Leer de symptomen van een overbelasting herkennen
We zijn allemaal wel eens verstrooid, lopen naar boven en vergeten wat we daar kwamen doen. Of we zijn onze sleutels kwijt, vergeten wat we wilden zeggen, stoten onze knie. Op zich niets bijzonders.
Maar als dat een paar keer per dag voorkomt is er wat aan de hand. En als je een wc-rol in de koelkast gaat opbergen of een boek in de wasmachine, dan ben je een grens gepasseerd. Pas als je deze symptomen leert herkennen kun je de volgende stap nemen.
2. Praat er met je partner over
Chronische drukte doet lelijke dingen met mensen en relaties. Beide partners werken, er zijn kinderen, alles staat onder de voortdurende druk van het rennen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan. Voor je het weet verlies je elkaar uit het oog.
Maak dus ruimte voor een goed gesprek en spreek elkaar aan. Wie zijn we – waar staan we – wat willen we? Herken en erken de symptomen van een collectieve overbelasting en maak een plan om het tij te keren.
3. Praat er met je baas over
Natuurlijk, jouw baas geeft je al dat werk maar jij zegt er steeds ‘ja’ tegen. Het is niet normaal om voortdurend beschikbaar te zijn en alle extra taken zonder randvoorwaarden te accepteren.
Toegegeven, er is sprake van een gezagsverhouding in de werkgever-werknemer relatie. Maar deze heeft zijn grenzen. Je baas heeft ook een zorgplicht. Door in redelijkheid en billijkheid met hem te gaan praten breng je de balans weer terug. Je gaat je werkbederf dus actief aanpakken.
4. Stof je arbeidscontract af en geef je grenzen aan
In je contract staat waarvoor je bent aangenomen. Dat dat document al in geen jaren meer is bekeken is geen excuus. Blaas het stof er af en blaas er nieuw leven in.
Werkbederf definieer ik als ‘alle stress veroorzakende, meetbare verschillen tussen de afspraken in jouw arbeidscontract en de werkelijkheid’. Die verschillen zijn bepalend voor de huidige situatie. Maak er een Persoonlijk Project van en bereid je goed voor. Je baas zal namelijk het werk opnieuw moeten gaan verdelen maar daar worden beide partijen uiteindelijk beter van.
5. Verbreek de relatie met je smartphone
Het is niet normaal om altijd maar overal bereikbaar te zijn voor je werkgever. Het is niet normaal om overdag, ’s avonds, in de weekends en op vakantie om de 10 minuten je mailbox en je sociale media te checken.
Verbreek de emotioneel-afhankelijke relatie met je smartphone en gebruik hem met mate. Schaam je niet het apparaat af en toe helemaal uit te zetten. Of hem in huis een tijdje op een andere kamer te laten liggen. Een smartphone die stress veroorzaakt is een ongewenst technologisch bijeffect. Jij weet wel beter.
6. Leer de kunst van het uitbuiken
Als een leeuw een zebra heeft gevangen en de hele groep heeft ervan gegeten dan zie je hem niet voor de lol nog eens met zijn volle pens over de savanne gaan rennen om nóg een zebra te gaan najagen (lees ook mijn weblog daarover). Nee, het is tijd om van het zonnetje te genieten, urinesporen uit te zetten, de vacht te verzorgen en met de welpen te spelen.
Na gedane arbeid en een goed maal is het goed rusten. De buit is binnen, de job gedaan. De moderne werkende mens kan nog veel leren van dit uitbuikprincipe.
7. Doorbreek de sleur
De mens is een gewoontedier. Evolutionair gezien heeft onze soort er baat bij om niet teveel pieken en dalen te ondergaan. Dat vergroot namelijk risico's en verkleint onze overlevingskans. We worden dus voortdurend teruggedreven naar een veilig gemiddelde.
Maar we zijn ook een zelfbewust wezen. We kunnen actief onze eigen sleur doorbreken. Dat hoeft helemaal niet radicaal te zijn. Neem eens een andere weg terug van je werk. Praat eens met een vreemde. Eet of drink eens wat anders dan je gewend bent. De mogelijkheden zijn eindeloos en als het lukt kan het psychisch een enorm bevrijd gevoel geven.
Verzet je ook tegen de collectieve normverlaging van werkethiek en werketiquette. Omarm de anti-sleur! Laat je niet meer gek maken en bedenk: ik ben zelf aan zet; ik kan er zelf wat aan doen!
En eh, heb je hier allemaal geen tijd voor? Dan is het juist voor jou bedoeld!
Meer weten over het doorbreken van de Grote Sleur? Het anti-sleurboek - eerste hulp bij baanbalen en ander werkbederf - neemt je mee op reis van het jagen-verzamelen uit de oertijd naar de hedendaagse werksleur:
- Waarom werken we?
- Wat is het verschil tussen een bore-out en een burnout?
- Wat doet de grote gemene deler stress met ons?
- Wat kun jij doen om een burnout te voorkomen?
- Hoe kom je van baanbalen naar werkplezier?
Wil je wel eens weten hoe bevingsbestendig je bent? En hoe gelukkig je bent met je huidige baan? Ga dan naar www.antisleurboek.nl en doe de Workaholic test en plaats je in het Anti-sleurkwadrant. Je ziet dan direct hoe het staat met jouw balans en stress en of het tijd is je werk te koesteren, te heroverwegen, uit te zitten of daadwerkelijk te veranderen.