Rotterdamse haven essentieel voor concurrentievermogen Nederland
24 mei 2011 -
De economische betekenis voor Nederland van de Rotterdamse haven is aanzienlijk. De directe en indirecte toegevoegde waarde tezamen bedragen zo'n 22 miljard euro. De haven verschaft aan zo'n 145.000 personen directe en indirecte werkgelegenheid. Indrukwekkende cijfers, maar de betekenis voor Nederland is nog aanzienlijk groter dan tot nu toe bekend.
Dat blijkt uit het onderzoek onder leiding van Prof.dr. Frans van den Bosch van Rotterdam School of Management, Erasmus University. Daarin is - voor het eerst - aandacht besteed aan de strategische betekenis van de haven voor Nederland.
Kernbevindingen
- De strategische waarde (economische plus strategische betekenis) van de Rotterdamse haven is groter dan tot nu toe bekend was. De economische betekenis is aanzienlijk: 22 miljard euro aan toegevoegde waarde en werkgelegenheid voor 145.000 personen. De strategische betekenis was tot nu toe nog niet bekend en wordt in dit onderzoeksrapport geschat op minimaal zes miljard euro. De strategische waarde van de Rotterdamse haven is dus momenteel al zo'n 30 procent groter dan de tot nu toe bekende economische betekenis - en kan verder toenemen.
- De strategische betekenis is het gevolg van de substantiële bijdrage van de haven aan het internationale concurrentievermogen van bedrijven in Nederland. Dat betekent een belang¬rijke Rotterdamse bijdrage aan het behoud van Nederland in de wereld Top Tien.
- De strategische betekenis van de Rotterdamse haven is toegenomen dank zij een grotere samenwerking, zowel met Nederlandse havens zoals Amsterdam maar ook internationaal zoals met de haven van Sohar in Oman.
- Vernieuwing van management en organisatie is noodzakelijk en dient te leiden tot een minder dominante rol voor technologische innovatie en investeringen in de fysieke infrastructuur. In de Rotterdamse haven dient veel meer aandacht te komen voor 'sociale innovatie': nieuwe manage¬ment- en organisatiestructuren gericht op innovatie in de bedrijven zelf en in de infrastructuur.