Het geven van een presentatie aan een grote groep is een activiteit die door mensen, voor wie het geen dagelijkse klus is, als lastig wordt ervaren. Dagen is men zich aan het inlezen, om op de dag suprème een goed verhaal te kunnen houden. Helaas wordt vaak verondersteld dat de inhoud van het betoog het belangrijkste is dat uitgedragen moet worden. U moet niet vergeten dat het even zo belangrijk is om ook uzelf goed neer te zetten. Kennis van lichaamstaal helpt bij u het neerzetten van een levendige presentatie.
Het geven van een presentatie aan een grote groep is een activiteit die door mensen, voor wie het geen dagelijkse klus is, als lastig wordt ervaren. Dagen is men zich aan het inlezen, om op de dag suprème een goed verhaal te kunnen houden. Helaas wordt vaak verondersteld dat de inhoud van het betoog het belangrijkste is dat uitgedragen moet worden en het enige is waar het bij de voorbereiding om gaat. U moet niet vergeten dat het even zo belangrijk is om ook uzelf goed neer te zetten. Het gaat dus niet alleen om de woorden, maar ook om de manier waarop u uw informatie brengt. Kennis van lichaamstaal helpt bij u het neerzetten van een levendige presentatie.
Houd de aandacht vast Als uw persoonlijke presentatie niet goed is, zal er bij de toehoorders weinig blijven hangen van wat u vertelt. Als de voordracht op een eentonige manier wordt gegeven, zakt de concentratie van de toehoorders enorm. Ook verkrampte houdingen en onrustige bewegingen van een spreker, kunnen de aandacht van de luisteraar afleiden.
Bij een goede voorbereiding is het daarom belangrijk ook te letten op de non-verbale aspecten. Een goed gebruik van lichaamstaal tijdens de presentatie zal ook de aandacht voor het onderwerp doen vergroten. Zeker als het doel is het publiek ergens van te overtuigen, is uw manier van presenteren zeer bepalend voor hoe de inhoud overkomt. Door gebaren, lichaamsexpressie, gelaatsuitdrukking en toonhoogte ondersteunt of bekritiseert een spreker voortdurend wat hij zegt. Bewust toegepaste pauzes behoren ook tot het non-verbale deel van het verhaal.
Contact en interactie met uw publiek Tijdens een presentatie is het belangrijk om contact te maken met uw publiek en met hen te interacteren. Dat betekent dat u niet alleen iets voordraagt, maar dat u werkelijk met uw publiek communiceert. U wisselt dus iets uit in plaats van dat u hen passief laat luisteren. Deze interactie kunt u sturen door de keuze van plaats, het aannemen van een passende houding, een juiste afstemming van uw bewegingen, een variërend stemvolume en een goede timing van aan- en wegkijken. Expressieve mimiek en ondersteunende gebaren bevorderen het contact met de groep en verhogen de levendigheid van het verhaal.
Locatie en groepsgrootte Tijdens uw voorbereiding is het belangrijk dat u een idee heeft hoe de locatie waar uw presentatie zal plaatsvinden er uit ziet en wat de grootte van de groep is. Met deze kennis kunt u de opstelling van de groep en uw eigen plaats bepalen. De grootte van de groep is ook belangrijk voor de keuze van de (visuele) hulpmiddelen die u gebruikt tijdens uw toespraak.
Vermijd barricades! Zorg voor zo min mogelijk barricades tussen u en uw publiek. Het toespreken van mensen vanachter een tafel of spreekgestoelte is iets heel anders dan vanuit een open ruimte. Veel sprekers verkiezen een tafel voor zich, omdat dit hen steun geeft. Een spreker kan dan tenminste iets vastpakken als zijn handen gaan trillen. Toch is dit valse zekerheid.
Vrije ruimte om u heen heeft in lichaamstaaltermen de betekenis van openheid (eerlijkheid). U kunt in vrije ruimte beter gebruik maken van gebaren en gemakkelijker van plaats veranderen (zonder te ijsberen!). Dit maakt uw voordracht levendiger. Bovendien kunt u gemakkelijker in contact treden met uw publiek.
En bij een lezing dan? Vraagt u zich misschien af… Daarbij hebt u toch iets nodig om uw papieren op te leggen? Ja, dat is mogelijk, maar besef dat niets saaier is dan een voordracht waarbij de spreker gedurende lange tijd iets opleest, af en toe eens over zijn bril blikkend, om te zien of zijn gehoor nog luistert. Soms kan het niet anders, maar als het niet nodig is, laat dan de papieren achterwege. Schrijf uw 'spiekblaadje' van te voren op een flip-over. Iedereen kan dan meelezen, maar dat helpt hen alleen maar om hun aandacht beter bij het onderwerp te houden.
Ondersteunende gebaren Het is goed om tijdens uw betoog veel gebruik te maken van ondersteunende gebaren. Let op welke gebaren u maakt. Het is bijvoorbeeld erg goed om uw zinnen te ondersteunen met naar voren gerichte open handpalmen. Dit geeft eerlijkheid en oprechtheid weer. Een in de richting van het publiek prikkende wijsvinger daarentegen wordt vaak gevoeld als een aanval (het beschuldigende vingertje). Er zijn zeer vele gebaren, en deze hebben vaak alleen betekenis in bepaalde combinaties en binnen een bepaalde context. Om nu precies te weten welke gebaren u nu wel of niet kunt gebruiken, is het goed om tijdens voordrachten van anderen bewust naar hun gebaren te kijken. Let eens op hoe u zich voelt wanneer bepaalde gebaren worden gemaakt. Uw gevoel is een goede graadmeter. We zijn overigens beter in staat om betekenis te geven aan de houdingen en gebaren van anderen, dan aan die van onszelf. Speel wat met uw gebaargebruik om u er beter bewust van te worden.
Gebaren aanpassen aan de afstand Bij het toespreken van een grote groep dienen uw gebaren en bewegingen te worden aangepast aan de grotere afstand. U moet uw gebaren nu groter en krachtiger maken. Het toepassen van kleine handbewegingen kunt u zien als fluisteren. Mensen die verder van u verwijderd zijn, kunnen ze niet goed waarnemen. Houd er rekening mee dat op afstand ook het effect van uw mimiek wegvalt. U zult dus meer ondersteunende armbewegingen moeten maken. Wilt u boosheid in uw zin leggen, maak dan een gebaar met een gebalde vuist. Uw verbaasde gezicht kunt u bekrachtigen met twee uitgespreide handen. Het is even wennen om zoveel gebaren te maken tijdens het toespreken van een groep. Het voelt wat onecht. U kunt echter bij een grote groep nauwelijks te veel gebaren maken.
Verdeel uw blikken Tijdens een gesprek regelt u met aan- en wegkijken het verloop van het gesprek. Bij spreken in het openbaar is het eigenlijk weinig anders, alleen richt u zich tot een grotere groep. Door oogcontact te maken met de toehoorders, kunt u een indruk krijgen van hoe u over komt.
Het kan zeer verleidelijk zijn om uw ogen alleen te richten op een bepaalde persoon die actief luistert, belangstellend naar voren leunt, glimlacht en instemmend knikt. Daarmee kunt u echter de aandacht van de anderen verliezen. Het is goed om regelmatig uw blik te verplaatsen naar een ander. Kies bijvoorbeeld iemand die juist aan een andere kant van de groep zit.
Als iemand een vraag stelt, richt u doorgaans eerst uw blik op de vraagsteller, terwijl u begint met antwoorden. Vervolgens verplaatst u uw blik naar de anderen en u beëindigt uw antwoord weer met een blik in de richting van de vraagsteller. Vanaf een afstand van zo'n acht meter is oogcontact niet meer echt goed mogelijk. Richt u dan bij uw interacties op de voorste rijen, maar werp wel regelmatig een blik naar de rijen erachter om ook die mensen te betrekken. Vanaf grote afstand kunnen mensen niet precies waarnemen naar wie u kijkt. Als u echter in hun richting kijkt, voelt iedereen zich aangesproken.
Let op non-verbale feedback! Behalve aandacht te besteden aan uw eigen lichaamstaal tijdens de voordracht, is het belangrijk te letten op de lichaamstaal van uw toehoorders. Aan de manier waarop ze zitten, kijken en bewegen, kunt u een indruk krijgen van hoe uw verhaal bij hen overkomt. Zit het publiek onderuit of op het puntje van de stoel? Hebben ze een open houding of zitten ze stijf met hun armen over elkaar? Een belangrijke graadmeter is ook of hun houding verandert gedurende uw presentatie. Zitten ze stil of maken ze rusteloze bewegingen? Waar is hun blik op gericht? Op u, op de vloer of op de binnenkant van hun oogleden? Bewustzijn van de lichaamstaal van uw publiek geeft u de mogelijkheid om uw presentatie te sturen. Zo kunt u de induttende mensen er weer bij halen door wisseling in stemvolume of door het maken van een humoristische opmerking over hun houding. Wanneer u een actieve deelname verwacht is het ook belangrijk op de lichaamstaal van de toehoorders te letten, omdat dit u de mogelijkheid geeft om de interacties te sturen. Zo kunt u bijvoorbeeld zien wie er op het punt staat om te reageren en daar direct op inspelen. Iemand die wat wil zeggen, richt zich wat naar voren en strekt zijn rug. Ook haalt hij diep adem alvorens hij begint te spreken. Voordat hij iets heeft uitgebracht kunt u op hem reageren. Bijvoorbeeld door hem even af te remmen met een voorwaarts gestrekte hand (met handpalm naar beneden) als u zelf nog wilt uitspreken, of door hem uit te nodigen met opwaarts gerichte geopende handpalm.